De Vlaamse Regering beslist tot bekrachtiging en afkondiging van het decreet dat het Provindiedecreet, het decreet over het lokaal bestuur en het Bestuursdecreet wijzigt, om een aangescherpte klokkenluidersregeling in te voeren voor de Vlaamse overheid en lokale besturen. De regeling volgt de Europese richtlijn, die stelt dat lidstaten moeten zorgen voor veilige interne en externe meldkanalen en beschermingsmaatregelen voor klokkenluiders. De richtlijn wil personen beschermen die op het werk verkregen informatie over inbreuken op EU-regelgeving melden. Het wijzigingsdecreet verruimt dit naar alle inbreuken op wetgeving die in Vlaanderen van toepassing is. Het decreet werd op 16 november 2022 aangenomen door het Vlaams Parlement.
Situering van de klokkenluidersregeling
Een Europese Richtlijn van 2019 regelt de bescherming van mensen die inbreuken tegen de wetgeving van de Europese Unie melden. Tegen eind 2021 hadden de lidstaten deze Richtlijn moeten hebben omgezet in de eigen wetgeving. In Vlaanderen is dat niet gelukt. België haalde voor de federale bevoegdheden trouwens evenmin deze datum.
Begin dit jaar bracht de VVSG advies uit bij de Vlaamse regering over een voorontwerp van decreet. Op 1 juli 2022 keurde de Vlaamse regering het ontwerp van decreet goed en diende het in bij het Vlaamse Parlement.
Voor werknemers en externen
De Klokkenluidersrichtlijn omvat enkel de categorie ‘werknemers’ die voor bescherming in aanmerking komen. Dit wil zeggen dat politieke vertegenwoordigers niet onder het toepassingsgebied van de klokkenluidersregeling vallen.
In uitvoering van de Klokkenluidersregeling moet rekening gehouden worden met de unieke positie van de personeelsleden, als bewakers van het algemeen belang. Bij het melden van inbreuken blijft uiteraard de loyauteit van de werknemer ten aanzien van de werkgever en de goede werking van de organisatie belangrijk.
De Klokkenluidersrichtlijn beschermt niet alleen het eigen personeel van de organisatie, maar ook al de volgende personen:
a) aandeelhouders en personen die behoren tot het bestuurlijk, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van een overheidsinstantie, met inbegrip van leden die niet bij het dagelijks bestuur zijn betrokken, vrijwilligers en bezoldigde of onbezoldigde stagiairs;
b) aannemers, onderaannemers en leveranciers en iedereen die werkt onder hun toezicht en leiding;
c) personen die informatie over inbreuken hebben verkregen in een inmiddels beëindigde werkrelatie;
Duidelijke meldkanalen en bescherming van de melders
De tekst duidt de betrokken meldkanalen binnen de verschillende overheidsdiensten aan. Het breidt ook het toepassingsgebied van de richtlijn uit naar alle regelgeving die geldt in Vlaanderen.
Personeelsleden en externen (zoals vrijwilligers, ex-werknemers, aandeelhouders…) kunnen terecht bij zowel de interne als externe meldkanalen. Voor wat betreft het lokale bestuur wordt gekozen om het interne meldkanaal voor te behouden aan personeelsleden.
Voor wat betreft de optie uit artikel 11 van de richtlijn, die toestaat om geen gevolg te geven aan bepaalde meldingen of bij een groot aantal meldingen een prioriteit te geven aan de meest ernstige, is dit een mogelijkheid voor de externe meldkanalen, met name Audit Vlaanderen en de Vlaamse Ombudsdienst.
Het decreet bevat verder bepalingen over de registratie en behandeling van de meldingen, en een lijst van maatregelen die daarna niet mogen genomen worden omdat ze als vergelding kunnen worden beschouwd.
Personeelsleden van de overheidsinstanties en externen kunnen schriftelijk of mondeling bij de Vlaamse Ombudsdienst, in zijn hoedanigheid van meldingskanaal, inbreuken of informatie over inbreuken, begaan door deze overheidsinstanties,melden.
Deze meldingen kunnen anoniem gebeuren. De Vlaamse Ombudsdienst zendt een ontvangstmelding aan de melder binnen de zeven dagen nadat hij de melding heeft ontvangen, tenzij de melder zich uitdrukkelijk verzet tegen die ontvangstmelding of het krijgen van die ontvangstmelding de bescherming van de identiteit van de melder in gevaar brengt. De Vlaamse Ombudsdienst kan bij meldingen beslissen om de melding niet in behandeling te nemen indien de inbreuk van geringe betekenis is of indien de melding betrekking heeft op feiten die in een eerdere melding van de melder al zijn behandeld en de nieuwe melding geen nieuwe informatie van betekenis bevat.In de gevallen, vermeld in het derde lid, stuurt de Vlaamse Ombudsdienst de melder binnen zeven dagen nadat hij de melding heeft ontvangen, de beslissing om de melding niet in behandeling te nemen en een motivering voor deze beslissing.
Bron: VVSG, 08/09/2022 – Klokkenluidersregeling kan beter
Bron: Vlaamse Regering, 18 november 2022. Goedkeuring definitieve tekst.